Herinneringsplaquette

Dit monument houdt de herinnering levend aan dorpsgenoten die het leven lieten in de Tweede Wereldoorlog. Naar deze slachtoffers, gesneuveld in dienst van het Vaderland, of opgepakt en vermoord, zijn straten in Usquert genoemd.Lees meer

Op 10 mei 1940, de eerste dag van de oorlog, sneuvelde de piloot Pieter Tako Bierema uit Usquert. In de schermutselingen boven Den Haag had hij met zijn boordschutter drie Duitse vliegtuigen uit de lucht gehaald, toen hijzelf boven Kijkduin werd getroffen en neerstortte. Hij overleefde de crash niet en werd enkele dagen later op het kerkhof van Usquert met militaire eer begraven.
In Usquert is de Pieter Bieremastraat naar hem genoemd.
Pieter Elibert Hut was al een markante persoonlijkheid in Usquert toen de oorlog uitbrak. Hij speelde in een toneelgezelschap en weigerde na de bezetting lid te worden van de door de Duitsers in 1941 ingestelde Kulturkammer.
Omdat hij als volontair werkzaam was op het gemeentehuis van Usquert raakte hij betrokken bij de verdeling van distributiebonnen. Omdat hij ook nog weigerde voor de ingestelde Winterhulp op pad te gaan, was zijn positie op het gemeentehuis niet langer houdbaar. Na zijn ontslagname zat hij op dat moment zonder werk en moest hij zich, zoals dat toen ging, meteen in Groningen melden voor tewerkstelling in Duitsland. Onderweg naar Groningen stapte hij uit de trein en dook onder. Hij werd een van de grondleggers van de verzetsgroep Bedum, die verschillende overvallen pleegde. Eén van de overvallen werd hem noodlottig. Hij werd verraden en werd op 5 augustus 1943  door de Sicherheitsdienst in de stad Groningen doodgeschoten.
In Usquert is de Pieter Hutstraat naar hem genoemd. Tegen het eind van de oorlog moest Usquert opnieuw rouwen om twee slachtoffers die de oorlog had gemaakt.
Kort na de capitulatie waren overal direct Ordediensten opgericht om de openbare orde te handhaven en om, na de bevrijding, het locale bestuur weer op te bouwen. Binnen het district Hogeland was er ook een groep Usquert.
Allert Elema uit Usquert was als luitenant de tweede man van het district.
Nadat Prins Bernhard in september 1944 de verschillende verzetsgroepen had opgeroepen om de krachten te bundelen in de Binnenlandse Strijdkrachten ontstond in Usquert ook een BS-groep, waarvan Harco van Oosten locaal commandant werd. Deze groep werd eind maart 1944 verraden en op 1 april opgepakt.
Harco van Oosten werd van huis gehaald en dezelfde dag tussen Breede en Rasquert gefusilleerd. De Usquerders Allert Elema, Jan Medendorp en Hendrik Jansen werden opgepakt en met vele anderen in het Huis van Bewaring in Groningen vastgezet. Harm van der Molen wist in Usquert aan zijn bewaker te ontsnappen.
Allert Elema werd op 8 april met negen andere verzetsmensen gefusilleerd. Jan Medendorp en Hendrik Jansen konden in Usquert onderduiken en daar de bevrijding afwachten.
In Usquert zijn de Allert Elemastraat en de Harco van Oostenstraat naar de slachtoffers van het verraad genoemd.
Hoewel aanvankelijk "over het hoofd gezien" als slachtoffer van de Tweede Wereldoorlog, eiste deze oorlog ook de levens van het Joodse gezin van Samuël van der Hal, zijn vrouw Kaatje Cohen en hun zoon Julius, die in de Hoofdstraat woonden. Het was al snel duidelijk dat de Duitsers het op hen hadden gemunt. Plannen om het gezin te laten onderduiken leidden niet tot resultaat.
Toen Samuël op 1 juli 1942 werd opgepakt en afgevoerd naar Winsum voor de overtreding van een van de vele door de Duitsers, speciaal voor Joden, ingestelde regels vermoedde hij het ergste en pleegde zelfmoord.
Zoon Julius moest zich enkele weken later melden voor transport naar kamp Westerbork en werd afgevoerd. Van daar werd hij afgevoerd naar Auschwitz waar hij op 30 september 1942 werd omgebracht.
De achtergebleven moeder Kaatje vertrok naar haar dochter en diens gezin in de stad Groningen. Ook daar waren ze niet veilig voor de bezetters. Alle gezinsleden en moeder Kaatje werden opgepakt en naar Westerbork afgevoerd. Via Westerbork werden ze ook op transport gezet naar Auschwitz, waar ze op 15 oktober om het leven werden gebracht. Kaatjes schoonzoon werd daar op 28 februari 1943 om het leven gebracht.

De lichamen van vier militaire en verzetsslachtoffers uit Usquert liggen begraven op de begraafplaats van Usquert.
Kort na de oorlog is voor hen een herdenkingsplaquette gemaakt en in het gemeentehuis aangebracht. Na de gemeentelijke herindeling verloor het Berlagehuis haar functie. Daarop is in 1993 een herinneringsmonument aan de Raadhuisstraat geplaatst, waar de plaquette een plaats heeft gekregen.
In 1995 is op het monument een tweede plaquette aangebracht ter nagedachtenis aan de drie omgebrachte leden van de familie van der Hal. In bestemmingsplan Usquert Oost (2001) heeft de nieuwe straat de naam Van der Halstraat gekregen.

Afdrukken